Aanmelden voor de eerstvolgende cursus is mogelijk. Zodra er een nieuwe cursus start ontvang je een uitnodiging om deel te nemen.
Voor inwoners van de gemeenten Hardinxveld-Giessendam, Molenlanden, Sliedrecht en Vijfheerenlanden zijn er geen kosten verbonden aan deze cursus. Aan anderen wordt een eigen bijdrage gevraagd van € 280,-.
Gespreksgroep Rouw
Leren leven met de dood
Vind je het erg lastig om verder te gaan na een ingrijpend verlies van een dierbare? Lijkt de tijd van het rouwen maar niet over te gaan en vinden anderen eigenlijk dat je weer verder moet? Heeft je verdriet veel invloed op je geloofsbeleving? Er kunnen zoveel vragen zijn.Het kan helpend zijn om hierover te praten met mensen die hetzelfde hebben meegemaakt. De gespreksgroep ‘Rouw’ biedt je deze mogelijkheid.
Tijdens de bijeenkomsten is er aandacht voor jouw verlieservaring en worden er handvatten gegeven hoe je hier het beste mee om kunt gaan. Gesprek, steun en aandacht voor elkaar hebben een belangrijke plaats in de bijeenkomsten.
Thema’s die aan de orde komen zijn:
- Rouw en rouwverwerking
- Emoties en gevoelens
- Zingevingsvragen
- Hoe betrek ik mijn kinderen / dierbaren bij mijn verdriet?
- Onbegrip vanuit de omgeving
- Omgaan met ‘feest’dagen
- Zorg voor jezelf
- Toekomstperspectief
ERVARINGSVERHAAL "Als je door verlies volkomen uit je evenwicht raakt"
46 jaar getrouwd en dan min of meer van de één op de andere dag je vrouw verliezen aan de dood; het overkwam Peter van den Heerde (71). Van den Heerde: “We waren zo vergroeid, dat haar dood voelt alsof mijn been geamputeerd is. Ik ben er door uit evenwicht geraakt. Met als gevolg dat ik aan alles ging twijfelen: zelfs aan het geloof.”
Peters vrouw Annie had een half jaar last van een rare plek op haar arm, die al twee keer tot wondroos geleid had. Verschillende dermatologen hadden geprobeerd haar kwaal te behandelen. Zonder succes. Peter: “Bij het laatste medicijn dat ze kreeg voorgeschreven zag ik haar iedere dag bleker en zieker worden. Vlak voor kerst kreeg ze hoge koorts. Ik wilde dat ze in het ziekenhuis opgenomen zou worden, maar dat ging niet zomaar. Pas op de vierde dag hoorde de huisarts iets aan haar longen en besloot hij dat ze opgenomen moest worden. Nog dezelfde dag kreeg ze ademondersteuning en kwam ze op de intensive care te liggen. Daarna raakte ze buiten bewustzijn en zes weken later overleed ze. Ik heb niet eens in haar volle bewustzijn afscheid van haar kunnen nemen. Dat is zo hard.”
Paniek
Toen Peters vrouw nog leefde en in het ziekenhuis lag, werd hij op zeker moment ‘s nachts wakker en raakte in paniek. Peter: “Dat is niks voor mij, in paniek raken. Ik zie mijzelf als gelijkmatig mens. Het is één van de dingen waarin ik mezelf niet meer herken na het overlijden van Annie. Alles wat ik gewend was is veranderd; niets is meer zoals het was. Ik ben nu een jaar verder, maar het gemis lijkt soms alleen maar sterker te worden. Zij kon zoveel warmte geven, dat mis ik enorm. Vooral die kleine dingen zoals mijn hand vastpakken als ze ontroerd was, haar fluitje voor de koffie of het even op schoot gaan zitten.” Na de paniekaanval besloot Peter ondanks zijn aarzeling voor hulpverleners, toch hulp te gaan zoeken. “Ik was radeloos en dacht dat ik een hartinfarct zou krijgen. Ik begreep dat ik zo niet verder kon. Ik kwam via onze kerk bij het Diaconaal Maatschappelijk Werk van Schuilplaats terecht. Ik heb in een paar maanden tijd zes of zeven gesprekken gehad met een hulpverlener. Ik heb geleerd dat er geen strategie is om gevoelens van verdriet en rouw te voorkomen, maar dat verdriet en pijn bij het rouwproces horen. De gesprekken met de hulpverlener hebben mij geholpen om met mijn rouw om te gaan. Ik merkte dat de hulpverlener snel door had hoe ik in elkaar zit. Met behulp van een whiteboard maakte hij duidelijk dat ik verder wilde zijn dan ik was. Hij zei: ‘Kijk, u zit nog in stap twee maar u wilt al bezig zijn met stap zeven. Dat gaat niet. Laat alle gevoelens van rouw, het verdriet, de pijn, de ontgoocheling eerst maar eens toe. Uw gevoelens zijn niet vreemd; die horen bij een rouwproces.’ Daarnaast hebben we gesproken over mijn paniekgedachten. De pijngevoelens waren nieuw voor mij en ik koppelde er ‘rampgedachten’ aan, bijvoorbeeld dat het vreselijk slecht met me ging. Daardoor raakte ik in paniek. Door de gesprekken kon ik de rampgedachten wat loslaten en er redelijke gedachten voor invullen, waardoor de paniek afnam.”
Mezelf leren kennen
Peter: “De hulpverlener had mij snel in de peiling en zei: “u maakt altijd plannen en wilt de boel weer snel onder controle hebben.” Ik ben de controle kwijt en het lijkt alsof ik drijf. De hulpverlener heeft me duidelijk gemaakt dat ik dit dus ook ben, dat dit mijn reactie is op wat ik mee maak. Dat het verdriet me overspoelt omdat het zo groot is. Een groot geschenk is het dat ik niet snel depressief ben en goed over mijn gevoelens kan praten. Ik wilde en hoefde niet aan de medicijnen want dan ben je bezig met symptoombestrijding. Ik onderga het verdriet nu. In het begin zei ik: ‘is dit nou mijn leven?’ Dat zeg ik niet meer. De gesprekken met de hulpverlener hebben mij daarbij geholpen.” “Ik heb mijn gezondheid en een kring van mensen om mij heen. Hoe het verder zal gaan weet ik niet. Ik kan de weg die voor mij ligt niet overzien. Ik heb geroepen om hulp aan de Allerhoogste: ‘Moet ik nu zo ten onder gaan?’ Ik had af en toe angst dat ik zelfs mijn geloof hierdoor kwijtraakte. Het bijzondere is dat ik ontdekte dat ik het niet kwijt kan raken. Als mens proberen we alles vast te houden; zo ook het geloof. Ik begin te voelen dat dat niet nodig is. Ik word vastgehouden. Het is de Hogepriester die voor ons bidt.”
Rust om verder te kunnen
“Ik heb inmiddels wat nieuwe contacten gelegd met een vereniging voor alleenstaande 55-plussers met een Reformatorische achtergrond. Ik moest me er echt toe zetten om naar bijeenkomsten, zoals een museum- of stadsbezoek te gaan. Het is iets waar ik vroeger nooit behoefte aan zou hebben. Nu zie ik er de meerwaarde van in. Misschien hebben anderen ook wat aan mijn verhaal en kan ik hen verder helpen. Ik heb gebeden en gevraagd: “Heere, is dit uw weg?” Ik heb moeten leren om te volgen. We krijgen geen briefjes van boven maar je kunt wel rust en kracht krijgen om verder te kunnen. Ik voel me nu niet meer opgejaagd.”